Waarom oplosbare vezels goed voor je zijn

Vezels zijn de onverteerbare delen van planten uit je voeding. Ze spelen, zoals je waarschijnlijk al wel weet, een belangrijke rol bij de stoelgang. Maar ze doen nog zoveel meer voor je!

Allereerst een kleine vezel-introductie: er zijn 2 soorten vezels; onoplosbare en oplosbare vezels. Voor een goede stoelgang heb je beide nodig. Onoplosbare vezels nemen vocht op en geven structuur en vorm aan de ontlasting. Zij zorgen voor een soepele darmpassage, doordat de darmen gestimuleerd worden. De oplosbare vezels lossen wel op in water en kunnen in de darmen fermenteren. En die oplosbare vezels hebben in deze blog de hoofdrol!

Oplosbare vezels per soort en voedingsmiddelen

• Pectine: fruit zoals citrusfruit, appels
• Gommen: bonen, peulen, haver, gerst, zeewier, algen
• Slijmstoffen: vlozaad(psylliumvezel), lijnzaad
• Oligosachariden: prei, ui en sojabonen
• Onverteerbaar zetmeel (resistant starch): peulvruchten, bananen, oud brood, pasta, afgekoelde aardappelen of rijst

4 redenen waarom oplosbare vezels goed voor je zijn

1. Verbetert darmflora. Oplosbare vezels werken in de darmen als prebiotica. Prebiotica zijn voeding voor de bacteriën. Veel goede bacteriën gebruiken oplosbare vezels als voeding. Het eten van voldoende onoplosbare vezels kan ervoor zorgen dat aantal goede bacteriën groter wordt en dit gaat ten koste van de slechte bacteriën in de dikke darm.   
2. Verlaagt cholesterol. De oplosbare vezels binden zich aan vetten en zorgen er zo voor dat een deel van de vetten uit je voeding je lichaam direct verlaten.
3. Vermindert hongergevoel. Oplosbare vezels geven een vol gevoel waardoor je minder (snel) trek krijgt. Oplosbare vezels trekken vocht aan. 
4. Helpt bij stabiele bloedsuikers. Stabiele bloedsuikerwaarden die niet teveel schommelen zorgen ervoor dat er minder kans is om buikvet aan te maken. Als de bloedsuikers stijgen maakt het lichaam insuline aan. Insuline is een hormoon dat ook invloed heeft op vetaanmaak in het lichaam.

Tips

• Neem bij in plaats van melk met cornflakes een portie yoghurt met havermout en zaden en vers fruit. 
• Kies bij alle maaltijden/ eetmomenten iets met groenten en fruit.