Is biologisch eten beter?
Blogs
Is biologisch eten beter?
Gepubliceerd op: 24-08-2020 15:56
Door: Hoi Sun Snoek (Utrecht Zuid West)
Biologisch eten is niet langer gereserveerd voor het typetje ‘geitenwollensok’. Biologisch eten is hip! In iedere supermarkt vind je biologische varianten in een groeiend assortiment. Maar waarom zou je eigenlijk voor biologisch kiezen? En voor wie of wat dan? In deze blog vertel ik je er meer over zodat je makkelijker kunt kiezen tussen biologisch of niet.
Bij de productie van biologische voeding, moeten boeren en veehouders zich houden aan voorschriften waarmee het milieu minder belast wordt - en het dierenwelzijn verbetert. Skal (onafhankelijke organisatie die toezicht houdt op de biologische keten in Nederland) controleert de naleving hiervan. Lees hieronder een aantal van deze voorschriften:
Het Europees biologisch keurmerk: Producten met dit keurmerk voldoen aan de EU-regels voor biologische landbouw. Het logo staat verplicht op alle biologische producten die in de Europese Unie (EU) zijn geproduceerd. Ook op producten van buiten de EU mag het keurmerk gebruikt worden, maar dat is niet verplicht.
Het Eko-keurmerk: Het EKO-keurmerk geeft aan dat het product afkomstig is van de biologische landbouw.
Demeter keurmerk: Producten met dit keurmerk zijn afkomstig van de biologisch-dynamische landbouw met als uitgangspunt dat er een samenhang bestaat tussen mens, plant, dier en de aarde. De bedrijven die deze producten produceren zijn vaak gemengde bedrijven waar bodemvruchtbaarheid en versterking van de natuurlijke groei centraal staan. Enkele verschillen met de biologische landbouw is dat er gestreefd wordt naar een kringloop van voer en mest op het eigen bedrijf en in de biologisch-dynamische veehouderij zijn de dierenwelzijnseisen hoger dan in de biologische veehouderij. Demeter-producten zijn voornamelijk te vinden in de natuurwinkels.
Bodemkwaliteit: Biologische landbouw streeft naar meer biodiversiteit, waardoor biologische landbouwgronden zo’n 10% meer wormen, mijten, bacteriën, schimmels en afgestorven planten en dieren bevatten. Dit zorgt voor een een betere bodemkwaliteit. Maar voor biologische landbouw en veeteelt is wel meer grond nodig, en dus minder ruimte voor natuurgebieden. Daar staat tegenover dat de biologische landbouw tot een betere kwaliteit van het landschap leidt dan reguliere landbouw.
Broeikasgassen: Biologische koeien produceren net zo goed broeikasgassen. Er geen verschil tussen biologisch vlees en niet-biologische koeien.
Duurzaamheid, energieverbruik, watergebruik en afvalbeheer: Op deze punten is biologisch niet per definitie beter omdat de biologische landbouw en veeteelt hieraan geen andere eisen stellen. Het hangt helemaal af van de boer hoe op deze punten wordt gescoord.
Hoewel diervriendelijk vlees niet bestaat, is biologisch wel beter voor de dieren. Biologische dieren zijn doorgaans gezonder en leven langer. Ze hebben meer leefruimte en er is daardoor meer ruimte voor hun natuurlijke gedrag.
De voedingswaarde van biologische voeding en niet-biologische voeding blijkt uit verschillende grote studies amper van elkaar te verschillen. De hoeveelheid vitamines en mineralen in bijvoorbeeld groente zijn nagenoeg hetzelfde. Wel worden er soms in specifieke producten verschillen gevonden: Een biologische tomaat kan bijvoorbeeld meer kalium bevatten en biologische zuivel kan minder jodium en selenium bevatten (dan niet-bio). Afhankelijk van het seizoen, regio en gebruikte rassen kunnen er grote verschillen zitten tussen afzonderlijke biologische producten. Als je gezond wilt eten, zal je verder moeten kijken dan naar een enkel voedingsmiddel. Het gaat om de samenstelling van je gehele eetpatroon en de totale inname van vitamines en mineralen.
Om gezond en duurzaam te eten hoef je niet perse voor biologisch te kiezen. Wanneer je kiest voor minder dierlijke producten (vlees, zuivel en kaas) ben je ook al een stuk gezonder en duurzamer bezig. Dierlijke producten staan voor 55% van de totale uitstoot van broeikasgassen. Ook minder frisdranken, sappen en alcoholische dranken dragen bij aan een gezonder lichaam én een beter milieu (10% vermindering uitstoot broeikasgassen). Door helemaal plantaardig te eten (veganistisch) kan je de impact op het milieu met nog eens 10% verminderen. Wanneer je kiest voor biologisch, kies je voor een beter dierenwelzijn en meer biodiversiteit. In de biologische landbouw en veeteelt worden oude groente-, fruit- en veerassen behouden en er wordt geen gebruik gemaakt van genetische modificatie. Daarbij kan deze bewuste keuze om voor biologisch te gaan, leiden tot nog meer bewustzijn. En dat kan voor zowel je eigen gezondheid als die van het milieu gunstig uitpakken: doordat je bijvoorbeeld vaker kiest voor plantaardig, in Nederland geteelde producten uit het seizoen uitzoekt en de fiets pakt naar je werk.
Wat betekent biologisch?
Bij de productie van biologische voeding, moeten boeren en veehouders zich houden aan voorschriften waarmee het milieu minder belast wordt - en het dierenwelzijn verbetert. Skal (onafhankelijke organisatie die toezicht houdt op de biologische keten in Nederland) controleert de naleving hiervan. Lees hieronder een aantal van deze voorschriften:
- Dieren krijgen biologische voeding, meer ruimte en minder vaak antibiotica.
- Er mogen geen genetisch gemodificeerde gewassen, ingrediënten, enzymen en diervoer worden gebruikt.
- Gewassen worden altijd geteeld op grond en bijvoorbeeld niet op water of kunstmatige ondergrond.
- Er is een evenwicht tussen het grondoppervlak en het aantal dieren dat wordt gehouden.
- De mest van de dieren wordt gebruikt voor het eigen land voor de natuurlijke kringloop.
- Gewassen worden beschermd met natuurlijke vijanden (insecten) of bestrijdingsmiddelen zonder synthetische stoffen.
- Er wordt op één stuk land afgewisseld met de teelt van verschillende soorten gewassen om gevoeligheid voor plagen te voorkomen en om onkruid te bestrijden, zodat de natuurlijke vruchtbaarheid van de grond wordt behouden.
Biologische keurmerken
Aan onderstaande keurmerken kan je een biologisch product herkennen.Het Europees biologisch keurmerk: Producten met dit keurmerk voldoen aan de EU-regels voor biologische landbouw. Het logo staat verplicht op alle biologische producten die in de Europese Unie (EU) zijn geproduceerd. Ook op producten van buiten de EU mag het keurmerk gebruikt worden, maar dat is niet verplicht.
Het Eko-keurmerk: Het EKO-keurmerk geeft aan dat het product afkomstig is van de biologische landbouw.
Demeter keurmerk: Producten met dit keurmerk zijn afkomstig van de biologisch-dynamische landbouw met als uitgangspunt dat er een samenhang bestaat tussen mens, plant, dier en de aarde. De bedrijven die deze producten produceren zijn vaak gemengde bedrijven waar bodemvruchtbaarheid en versterking van de natuurlijke groei centraal staan. Enkele verschillen met de biologische landbouw is dat er gestreefd wordt naar een kringloop van voer en mest op het eigen bedrijf en in de biologisch-dynamische veehouderij zijn de dierenwelzijnseisen hoger dan in de biologische veehouderij. Demeter-producten zijn voornamelijk te vinden in de natuurwinkels.
Is biologische voeding beter voor het milieu?
Bestrijdingsmiddelen: In de biologische landbouw wordt geen kunstmest en synthetische bestrijdingsmiddelen gebruikt, dat is vaak beter voor het milieu, maar niet altijd. Het gebruik van de natuurlijke bestrijdingsmiddelen kopersulfaat en koperchloride is hier een voorbeeld van. Bij de teelt van aardappelen, appels en druiven worden deze natuurlijke bestrijdingsmiddelen ingezet om schimmelziektes te bestrijden. Alleen is koper vervuilend is voor de grond en giftig voor mens en dier. Sinds 2000 geldt er in Nederland daarom een verbod op het gebruik. In de rest van Europa wordt het nog wel volop gebruikt (met name door Franse biologische wijnboeren). Een ander voorbeeld is het inzetten van natuurlijke vijanden zoals bijvoorbeeld exotische lieveheersbeestjes, snuitkevers of sluipvliegen (in plaats van bestrijdingsmiddelen), deze kunnen een verstoring geven in het natuurlijke evenwicht in flora en fauna.Bodemkwaliteit: Biologische landbouw streeft naar meer biodiversiteit, waardoor biologische landbouwgronden zo’n 10% meer wormen, mijten, bacteriën, schimmels en afgestorven planten en dieren bevatten. Dit zorgt voor een een betere bodemkwaliteit. Maar voor biologische landbouw en veeteelt is wel meer grond nodig, en dus minder ruimte voor natuurgebieden. Daar staat tegenover dat de biologische landbouw tot een betere kwaliteit van het landschap leidt dan reguliere landbouw.
Broeikasgassen: Biologische koeien produceren net zo goed broeikasgassen. Er geen verschil tussen biologisch vlees en niet-biologische koeien.
Duurzaamheid, energieverbruik, watergebruik en afvalbeheer: Op deze punten is biologisch niet per definitie beter omdat de biologische landbouw en veeteelt hieraan geen andere eisen stellen. Het hangt helemaal af van de boer hoe op deze punten wordt gescoord.